Wat is homeopathie bij dieren

Homeopathie is een geneeskundige benadering die gericht is op het verbeteren van de gezondheid van het zieke dier door toediening van stoffen, in de vorm van homeopathische geneesmiddelen, op basis van diens individuele symptomen, die lijken op de symptomen die deze stoffen bij een gezond dier kunnen teweegbrengen. Daarmee wordt met name naar het gehele dier gekeken. Homeopathische geneesmiddelen worden als regel gepotentiëerd, dat wil zeggen stapsgewijs verdund en geschud volgens procedés die worden beschreven in de Europese Farmacopee en ze worden voor een beperkte duur gebruikt in kleine doseringen.

Net als bij mensen is het dus mogelijk om bij dieren homeopathie als geneeswijze toe te passen. De homeopathie moet gezien worden als een aanvulling op de reguliere (= gangbare) diergeneeskunde. Het biedt dus iets extra’s. De homeopathisch werkend dierenarts heeft behalve de opleiding tot dierenarts ook een opleiding in de homeopathie gevolgd. Hierdoor is hij/zij instaat een goede reguliere diagnose te stellen. Afhankelijk van de diagnose bepaalt hij/zij wat de beste behandeling is voor uw dier regulier en/of homeopathisch.

Niet iedere klacht van uw dier is geschikt voor een homeopathische behandeling. Klachten die in het algemeen succesvol met homeopathie behandeld kunnen worden zijn: klachten van het bewegingsapparaat, huidklachten, gedragsproblemen, klachten van het maagdarmkanaal, urinewegaandoeningen en vruchtbaarheidsproblemen.
Bij hele ernstige ziekten is ook de homeopathie niet tot genezing instaat. In een aantal gevallen is het wel mogelijk om met homeopathie te ondersteunen in de laatste levensfase van het dier.
Bij ernstige infecties, botbreuken en ziekten als suikerziekte is de reguliere behandeling de enige of de eerste behandelingsmogelijkheid.

De basis van de homeopathie als geneeswijze is gelegd door de Duitse arts Samuel Hahnemann. Hij ontdekte dat in principe alle stoffen een geneeskrachtige werking hebben. De werking van een stof wordt versterkt door de stof op speciale wijze te verdunnen en gelijkertijd te schudden. Dit proces wordt potentieren genoemd. De verschillende sterktes van homeopathische middelen die hierbij ontstaan worden potenties genoemd. Er bestaan er D-potenties, C- potenties, K-potenties en LM – potenties, ieder met hun eigen verdunningsstap. De dierenarts bepaalt per dier, afhankelijk van de klacht en de vitaliteit van het dier, wat de meest geschikte potentie is om te geven.

In de homeopathie wordt ieder organisme, mens of dier, gezien als een samenhangend geheel. Als een dier ziek is, is er sprake van een verstoring van het hele organisme en niet alleen van het lichaamsdeel met klachten. Bij de behandeling wordt dan ook het dier als geheel behandeld. Om het juiste geneesmiddel voor uw dier te vinden heeft de dierenarts veel informatie over uw dier nodig. Er wordt niet alleen ingegaan op de klacht(en) van uw dier, maar ook op alle andere eigenschappen. Denk hierbij aan vragen over het eten, drinken en slapen. Maar ook aan vragen over het gedrag naar mensen en andere dieren. De dierenarts probeert zich op deze manier een beeld te vormen van uw dier. Vervolgens gaat hij/zij opzoek naar een homeopathisch geneesmiddel dat bij dit beeld past. Ieder homeopathisch geneesmiddel heeft namelijk ook zijn eigen beeld van klachten en eigenschappen.

In de homeopathie stimuleer je via het geven van het juiste homeopathische geneesmiddel het zelfherstellende vermogen van het dier. Het juiste middel is dat homeopathische middel dat wat beeld betreft het beste past bij het beeld van het dier. Je geneest dus met een gelijkend geneesmiddel of wel het simillimum.

Vaak wordt van de homeopathie gezegd: ‘Baat het niet, dan schaadt het niet’. Dat is niet helemaal waar. Het gaat toch om geneesmiddelen en als langere tijd een verkeerd homeopathisch geneesmiddel wordt gebruikt kan dit wel degelijk klachten geven. Daarom is het van belang alleen op voorschrift van of in overleg met een homeopathisch werkend dierenarts een homeopathisch geneesmiddel te gebruiken.
Een ander idee dat mensen vaak hebben is dat er bij homeopathie altijd eerst een verergering van de klachten moet optreden. Ook dat is niet helemaal waar. Er kan op de eerste of de tweede dag van een homeopathische behandeling een beginverergering optreden, maar dat hoeft niet. Een beginverergering is eigenlijk een over prikkeling van het dier. Het dier reageert dus, maar net iets te veel. Uw dierenarts kan u hier meer over vertellen en u hierbij begeleiden.

Het gebruik van homeopathie in combinatie met andere geneesmiddelen is mogelijk. In een aantal gevallen kan er wel een verstoring van de homeopathie optreden bijvoorbeeld bij het gebruik van corticosteroïden, antibiotica en vaccinaties. Daarom is het belangrijk deze zaken altijd te melden aan uw homeopathisch werkende dierenarts.